Hoewel er vandaag tal van maatregelen zijn van de overheid om de gezondheid van onze jongeren te beschermen, blijkt dat meer dan een derde van de jongeren geen weet heeft van die maatregelen zoals gratis tandzorg en anticonceptie voor meisjes.
Tijdens ons symposium zagen we dat jongeren in het algemeen begaan zijn met hun gezondheid. Hoewel er vandaag tal van maatregelen zijn van de overheid om de gezondheid van onze jongeren te beschermen, blijkt dat meer dan een derde van de jongeren geen weet heeft van die maatregelen zoals gratis tandzorg en anticonceptie voor meisjes.
De jeugd heeft zich kunnen uiten en we vonden het ook essentieel het woord te geven aan de beleidsmakers. Hoe zien zij de gezondheid van onze jongeren? Welke zijn de uitdagingen voor de toekomst en de concrete maatregelen die overwogen worden?
Valérie Glatigny, Minister van Jeugdzaken:
De COVID-19-pandemie heeft de geestelijke gezondheid van de jeugd in de schijnwerpers gezet. Deze crisis heeft er ons ook aan herinnerd dat investeren in de gezondheid van de jeugd van vandaag, preventief handelen is voor later wanneer ze de volwassen leeftijd bereiken. De studie van de Onafhankelijke Ziekenfondsen toont een aantal vaststellingen die zeker en vast de lopende denkoefeningen zullen aanvullen, op verschillende bevoegdheidsniveaus. Een belangrijk gebied waaraan we moeten werken is voorlichting. De actie op het terrein moet worden uitgebreid om jongeren rechtstreeks bewust te maken van seksuele en emotionele opvoeding, en daar werken wij aan met mijn collega's Caroline Désire, Christie Morreale en Barbara Trachte. Het doel is deze vorm van bewustmaking al in het verplichte onderwijs te veralgemenen.
Hilde Crevits, Vlaams Minister van Welzijn:
Het is gekend dat de medische wereld nog te weinig rekening houdt met genderverschillen. In het kader van genderdiversiteit wordt het steeds belangrijker om onze gezondheidsaanpak gerichter en fijnmaziger aan te pakken. De campagne komuitjekop.be, gericht op het bespreekbaar maken van psychische problemen bij mannen, is een goed voorbeeld. Er is zonder twijfel nog heel wat marge voor verbetering en we willen de komende jaren dan ook verder op de ingeslagen weg. We werken ook vaak via actoren binnen onderwijs, zoals het CLB of lespakketten voor leerkrachten. Maar we werken evenzeer via het gezin met communicatie gericht op ouders en via vrijetijdsorganisaties. Via de Overkophuizen, laagdrempelige en ongedwongen ontmoetingsplaatsen, richten we ons rechtstreeks tot jongeren. We bouwen ze stap voor stap verder uit en gaan hen binnenkort extra financieel ondersteunen om de brug naar jeugdwerk nog sterker te maken.
Jean-Philippe Florent, volksvertegenwoordiger voor Ecolo in het Parlement van de Federatie Wallonië-Brussel, in naam van Bénédicte Linard, bevoegd minister voor gezondheidspromotie op school:
Er is reden om bezorgd te zijn over de resultaten van jullie enquête, waaruit blijkt dat heel weinig jongeren denken dat de school hen kan motiveren om zich met hun gezondheid bezig te houden. De school biedt nochtans meerdere mogelijkheden die essentieel zijn voor de gezondheid: de eerste is de les lichamelijke opvoeding. Vanaf het begin van het lager onderwijs tot het einde van het secundair onderwijs is dit voor sommige kinderen de enige kans om aan lichaamsbeweging te doen. De tweede zijn de verschillende opleidingen. Het nieuwe kerncurriculum, waarover zeer onlangs is gestemd, geeft een belangrijke plaats aan wetenschappelijke vakken die helpen kwesties zoals consumptie, voeding enz. beter te begrijpen. Wat relationele, affectieve en seksuele opvoeding betreft, hebben helaas niet alle kinderen daar toegang toe. De algemene verspreiding daarvan in alle scholen is echt een prioriteit! Wij zijn ook voorstander van actieve mobiliteit (lopen, fietsen, ...) om naar school te gaan, de algemene verspreiding van drinkfonteintjes in scholen, een verbod op frisdrankautomaten in middelbare scholen, en natuurlijk de toegang tot gezond en duurzaam voedsel in schoolkantines.
