Huisartsen die werken in een groepspraktijk hebben vanaf nu het recht op toegang tot de digitale medische gegevens van de andere patiënten. Dankzij deze uitbreiding van de therapeutische relatie kan een betere continuïteit van de verzorging verzekerd worden.
Bij het openen van een GMD heeft de huisarts het bewijs geleverd van een therapeutische relatie met zijn patiënt. Hij wordt verplicht om ‘een therapeutische relatie’ aan te maken op basis van bv. het uitlezen van de identiteitskaart van de patiënt bijvoorbeeld. Vanaf nu zal deze therapeutische relatie automatisch (en enkel en alleen) gedeeld worden met de andere huisartsen binnen dezelfde groepspraktijk.
Concreet: als je bij je huisarts langsgaat, maar deze is niet beschikbaar, dan weet je dat de andere artsen binnen dezelfde groepspraktijk eveneens je dossier kunnen raadplegen. Zo kunnen ze het vooropgestelde zorgplan van de arts die je GMD bijhoudt, opvolgen.
Je moet geen enkele administratieve stap zetten. Alles gebeurt automatisch op het moment van aanmaak van de therapeutische relatie door de arts die je GMD bijhoudt.
Elke patiënt kan de aangemaakte therapeutische relaties met zijn zorgverleners raadplegen door zich in te loggen op de gezondheidportaalsites:
Raadpleeg de FAQ’s!
